Een markante hoogtetrog, waarvan de as zich uitstrekt van Noordwest-Siberië tot de wateren noordwest van Spanje en Portugal, drukt tijdens de eerste helft van volgende week een belangrijk stempel op het weergebeuren in onze streken. Aan de zuidkant van de hoogtetrog trekken storingen met de ver naar het zuiden weggedrukte straalstroom over Europa naar het noordoosten, aan de noordkant heerst hogedruk boven Noord-Europa. Tussen hogedruk en lagedruk transporteren oost- tot noordoostenwinden continentale vrieslucht naar ons land. Daarin vriest het ’s nachts licht tot matig en ook overdag slaagt het kwik er nauwelijks meer in om boven het vriespunt te geraken. Vooral woensdag en donderdag zijn koude (ijs)dagen. Op veel plaatsen wordt het dan niet warmer dan circa -2 graden.
Verder veroorzaakt een naar het noorden opdringend Alpenlaag (komend vanaf het Iberisch schiereiland) ook veel wind. De sneeuwkansen zijn, zoals het zich nu laat aanzien (…), het grootst aan het eind van woensdag en donderdag. Ook maandag kan er sneeuw gaan vallen.
Na donderdag verandert de luchtdrukverdeling. Scandinavië krijgt te maken met lagedruk en ook de positie van de hoogtetrog en dan met name de as gaat veranderen. Het gevolg is een meer west- tot noordwestenwind en aanvoer van minder koude lucht. Op het westelijk deel van de Atlantische Oceaan weet zich echter een hoogterug te handhaven. Een zachte west(zuidwest)circulatie komt op de lange termijn dan ook niet op gang.
Quote selectie