Even een paar bespiegelingen op de late avond.
Iedereen die iets van weer en klimaat weet, zal inmiddels begrijpen dat we met een bijzondere winter te maken hebben. Ik geniet ongeveer iedere minuut van deze spectaculaire februariwinter, althans voor zover ik geen andere, min of meer noodzakelijke, bezigheden heb. (Ik beklaag de mensen die alleen maar een hekel aan kou hebben)
Neem nu de dag van gisteren. Ik ben nu een week terug van de Weissensee; daar stonden we vrijdag 27-1 in de ochtend bij -15 op de sneeuw naast de startplaats. Ik dacht toen: dat maak je bij ons, zeker in het westen, praktisch nooit mee! En wat gebeurt er 8 dagen later? Ik sta bij ongeveer -15 bij prachtig weer en een juist opgaande zon in de sneeuw! Het schoon krabben van de auto neem ik graag voor lief; sterker nog, dat wil ik niet eens missen.
Je ziet ook hoe snel ons beeld van wat koud is verandert. Gisterenavond dacht ik: dat valt tegen, het is maar -7 en het wil niet erg kouder worden. Intussen stonden de ijsbloemen op de ruiten, iets wat ik normaal gesproken in de ochtend beschouw als een teken van serieus winterweer. Vandaag dan weer maximumtemperaturen omstreeks -5. Op zo'n dag zit je normaal gesproken iedere winter te wachten.
Het kan niet op: extreme temperaturen tot -23 zijn gemeten in ons land en zelfs Rotterdam kwam dicht bij het plaatselijk record uit 1985; de koudegolf is intussen een feit en wordt nog langer, misschien zelfs bijzonder lang. De vooruitzichten wijzen op aanhouden van de vorst, waarschijnlijk nog minstens een week. Voor de critici (onbetrouwbare termijn...) : ik ga in deze situatie wat anders om met de verwachtingen: ik neem de hardnekkigheid van een krachtig ingezette februariwinter mee in mijn beschouwing.
De verwachtingen van de ontwikkeling in het weer zijn nog steeds bijzonder winters; ik zat zojuist gebiologeerd te kijken naar wat de modellen ons voor de komende week voorschotelen: versterking van het hogedrukgebied aan de westzijde en prolongatie van de aanwezigheid van siberisch lucht in Europa. Het lijkt niet op te kunnen. Genieten is dit: een winter van formaat begint zich af te tekenen; voor het eerst sinds 1997. Mogelijk van groter formaat dan 97; gedachten aan 1956 liggen voor de hand, maar zijn eigenlijk niet reƫel.
Intussen vroeg ik mij af hoe het met de rivieren staat; ik zag een grafiekje van Hagestein met 1,0 celsius vandaag. Een daling van 3 graden in 5 dagen. In de loop van de komende week zal het vriespunt bereikt zijn; hoe snel ijsvorming dan gaat hangt van temperatuur en wind af. IJsvorming lijkt wel waarschijnlijk tegen volgend weekend.
En dan het E-woord. Ik zou er nu geld op inzetten. Helaas mag ik niet rijden; wel reken ik op de noorderrondritten en hoop mijn iesbewies te verzilveren.
Groet,
Cees
Quote selectie