De vraag komt altijd weer naar voren hoeveel 1 mm aan neerslag (water-equivalent) aan centimeters sneeuw oplevert. Het gaat in feite om de samenstelling van de sneeuw, de verhouding tussen water en ijs, en daaraan verbonden de dichtheid of compactheid van de sneeuw. Het blijkt dat de dichtheid van verse sneeuw die net is gevallen, groter is als die valt bij een hogere temperatuur, maar ook groter wordt bij een hogere windsnelheid.
Het aantal centimeters sneeuw dat 1 mm vloeibare neerslag oplevert, is omgekeerd evenredig aan de dichtheid: hoe compacter, hoe minder cm's sneeuw. Als je de dichtheid van vloeibaar water bij 0°C deelt door de sneeuwdichtheid, krijg je het aantal centimeters sneeuw.
Wat is nu de dichtheid van vers gevallen sneeuw, afhankelijk van temperatuur en windsnelheid? Het ECMWF, GFS en Hirlam (die ik heb bekeken) hanteren verschillende formules die onderling tot 50% afwijken. Aangezien ECMWF en Hirlam echter bekend staan als modellen die sneeuw vaak goed behandelen, heb ik die formules 'samengevoegd' tot één. Het resultaat zie je hieronder in een handige grafiek: de verticale as geeft het aantal cm's voor 1 mm regen, de horizontale as toont de windsnelheid in Bft. Elke lijn stelt een temperatuur voor.
Wat afleesvoorbeelden:
- bij +1,0°C en windkracht 4, krijg je ~0,6 cm per 1 mm vloeibaar neerslag
- bij -1,0°C en windkracht 3, krijg je ~0,8 cm per 1 mm vloeibaar neerslag
- bij +0°C en windkracht 5, krijg je ~0,7 cm per 1 mm vloeibaar neerslag
De bekende regel van 1 mm = 1 mm lijkt pas goed op te gaan beneden -3°C.
NB: deze grafiek is
indicatief, de onzekerheid is zeker ± 0,1 cm/mm.
Gr. Ben
Quote selectie