In tegenstelling tot gisteren was het weer een stuk minder grillig, doch op de zon moesten we niet veel rekenen door toedoen van een warmtefront dat met bijhorende bewolking de hele dag door in de buurt bleef slingeren. In de overvloedige bewolking waren de hele dag door mooie patronen te bewonderen afgewisseld met stukjes blauwe lucht en dit leverde voor velen een leuk schouwspel op. Het bleef ondanks dit alles droog doordat het front erg verzwakt is al zijn er tegen de avond een paar druppels gevallen, de voorbode van wat nog komen moet wanneer een iets aktievere regenzone komende nacht het land zal aandoen. De wind was vandaag nog erg levendig met maximaal 40 km/h uit het zuidwesten terwijl de temperaturen schommelden tussen 6,6 en 19,9 graden, kortom best wel aardige temperaturen voor eind april. We krijgen tegen morgenmiddag opnieuw opklaringen die een zomers weekend zullen inleiden, maar of het even mooi wordt als de weerberichten laten uitschijnen valt te betwijfelen doordat de regenzones niet ver uit de buurt blijven en er op zaterdagavonds reeds lichte onstabiliteit berekend wordt wat misschien al een aantal buien kan opleveren, vooral boven het noordoosten van het land.Komende zondag kan er vooral in het westen onweer optreden, maar de grootste CAPE - en lifted indexen worden berekend over Nederland waardoor de kans groot is dat we aan het onweersgeweld zullen ontsnappen. Toch moeten we er rekening mee houden dat er in de nacht op maandag een hele plens (ordinaire) regen kan vallen gevolgd door een koeler weertype voor de rest van de werkweek.
De opklaringen die gisterenavond opdoken waren blijkbaar slechts tijdelijk want toen we het daglicht zagen terugkeren, was het Malderse luchtruim weer in het bezit van een vormeloze, grijze Stratuslucht. Gelukkig was dit slechts op kleine schaal en zo verschenen er tijdens de uurtjes daarop opklaringen, waarvan er afgelopen nacht trouwens nog heel wat moeten zijn voorbijgedreven vermits het behoorlijk was afgekoeld richting 3,3 graden bij zonsopgang. Bij zonsopgang zorgden de contouren van de uitrafelende wolkenvelden voor fraaie effekten. Het heerschappij van de lage wolken was duidelijk maar van korte duur want naarmate de zon hoger klom verdween deze razendsnel en tegen een uur of tien was er slechts hoge Cirrusbewolking overgebleven. Wie dacht dat we definitief van de wolken verlost waren, had het echter mis want tegen de middag werden er stapelwolkjes gevormd die in eerste instantie voor een fraaie "zomerlucht" zorgden maar in de late namiddag weer bijna het volledige luchtruim in bezit namen (Stratus Cumulogenetus). Optimale omstandigheden voor hoge temperaturen waren dit niet terwijl de gure noordenwind weinig soelaas bracht met haar snelheden tot 34 km/h. Resultaat waren dan ook de maxima die slechts 16,1 graden haalden toen de zon nog volop scheen. Een buienlijntje dat 's avonds over Nederland trok kon niet verhinderen dat we het droog hielden te Malderen; de 0,2 mm 'neerslag' was afkomstig van ochtenddauw.
Erg fraaie start met heldere luchten, wat heiigheid in het begin van de voormiddag en wat vliegtuigstrepen als enige "bewolking". Na de middag veranderde dit aanzienlijk toen er rond pakweg 14H stapelwolken werden gevormd maar deze vormden voor Vlaanderen geen bedreiging. Onweders waren gereserveerd voor het zuidoosten van het land en Frankrijk, waarbij de restanten ons pas 's avonds bereikten toen er geen neerslag meer inzat. Wel leverde dit zeer mooie zomerse onweersluchten op waarbij kollosale stapelwolken in het laatste zonlicht goudgeel opkleurden, maar deze verdwenen reeds na vrij korte tijd. Wat Altocumulusveldjes die met de maan aan het flirten gingen, was alles wat er van bewolking resteerde na zonsondergang. Het was weer een zomerdag die alle verbeelding tartte met temperaturen tussen 12,6 en 29,6 graden, nauwerlijks wind en dus extra zwoel bij 12,9 km/h uit het noordoosten, en (natuurlijk) geen regen of iets dat daar ook maar op leek.
Tijdens de nachtelijke uurtjes schoof het onweersgeweld langzaam verder op naar het oosten, maar ook dan kregen we nog flink wat buien te verwerken die ondanks het feit dat ze onweersvrij waren, de pluviometers flink wat overuren deden maken. Bij het aanbreken van de ochtend waren er nog steeds talloze buien actief, en het drogere weer dat ons te wachten stond gaf niet meteen hoop op een herstel van het lenteweer want de bewolking ging over in Stratus en Stratus fractus. Dit leverde een kil en grijs weertype op waarbij we de zon voor een groot deel van de dag niet meer te zien kregen. Tegelijkertijd werd er met een naar west- zuidwest draaiende, tot 17,5. km/h uithalende wind veel koelere lucht aangevoerd doordat we ons reeds aan de achterzijde van het koufront bevonden. Het kwik moest in vergelijking met gisteren bijna tien graden inleverern zodat we ons moesten tevreden stellen met maxima van 16,0 graden. De minima waren wel nog vrij zacht met 9,5 graden. Het duurde tot het einde van de namiddag toen er vanuit het westen weer opklaringen kwamen binnengedreven maar dit werd vrij snel afgestraft door een buienlijntje dat zich pal boven Malderen ontwikkelde en omstreeks 19H voor zeer zware stortbuien zorgden. Niettemin bleef deze mini- zondvloed vrij van onweersverschijnselen en werd het na pakweg een uurtje wat droger. Verse regenbuien kwamen een weinig later weer opzetten vanuit het zuidwesten, al was de intensiteit nu een beetje minder terwijl het later op de avond uiteindelijk droog werd. Het neerslagtotaal had ondertussen 5,0 mm bereikt
Hoewel de satellietbeelden de indruk wekten dat de gisteren besproken regenzone snel onze richting uitkwam, is het de hele nacht zo goed als droog gebleven. De wolken hielden zich dan weer wel aan de verwachting, zodat we het daglicht in een sombere, grijze hemel zagen weerkeren. Het was vooral Altostratusbewolking die we te zien kregen, welke vrij snel overging in Nimbostratus. Hierop volgde dan alsnog de langverwachte regen die aan een lichte intensiteit over het Malderse weerstation werd uitgesprenkeld. Naar de middag toe ging de Nimbostratus langzaam maar zeker terug over in Altostratus, en werd het weer droger. Dit werd halverwege de namiddag gevolgd door opklaringen die vanuit het westen hun intrede maakten, en de wolkenband scherp begrensden in het oosten. Kennelijk ging het om een koufront, want we kregen weer uitzicht op de stapelwolken van de post- frontale buitjes die zich erachter ophielden. Erg actief waren ze niet, en te Malderen bleef het zelfs droog waarbij we Stratocumulus castellanus, Cumulus congestus en Cumulonimbus zagen voorbijdrijven. Deze wolkenlandschappen die zich tegen de diepblauwe lucht aftekenden, waren echter wel de moeite waard. Rond zonsondergang miste één van deze buitjes ons net langs het oosten waarna we een lichtbewolkte, rustige maar nogal frisse avond tegenmoet gingen. Wanneer we dit alles in statistiekjes gieten, blijkt dat de temperaturen zich vandaag tussen 5,0 en 16,0 graden hebben opgehouden, de wind vooral uit zuid- zuidwestelijke richtingen kwam met een pieksnelheid van 27,4 km/h en het neerslagtotaal is opgelopen tot 0,2 mm.
Aan de voorzijde van een langgerekte frontale zone die zich uitstrekte van Portugal tot in Scandinavië, werd er zeer warme lucht naar Malderen gedreven. Dit was vanochtend echter nog niet zo goed voelbaar bij minima die naar 6,4 graden zijn geslonken. Maar eens de zon opkwam, was er geen houden meer aan en steeg het kwik met een rotvaart naar 25,7 graden terwijl een zuid- zuidwestelijke bries tot 25,7 km/h voor de nodige begeleiding zorgde. Om een volledig helder weertype toe te laten was de bijhorende wolkenband reeds te dicht genaderd zodat we heel wat sluierbewolking te zien kregen. De zon werd hierdoor echter nauwelijks afgezwakt, en het duurde tot omstreeks 19H voordat er Altostratus en Altocumulusbewolking kwam opzetten. Deze waren duidelijk andere koek voor de zon die er al snel de duimen moest voor leggen, en er volgde een half tot zwaarbewolkte episode. Het warmtetransport bereikte gelukkig een hoogtepunt waardoor het ondanks de bewolking aangenaam toeven was bij temperaturen die dichtbij 25 graden bleven schommelen. Tegen zonsondergang lieten de Altocumulusvelden het grotendeels afweten, en bleef er Altostratus en Cirrostratus over welke een kleurrijk sluitstuk van deze zomerse dag toelieten. Het duurde tot 21H30 voordat het kwik onder de 20 graden zakte zodat het ook na het vallen van de duisternis aangenaam toeven was in de buitenlucht. Enkel voor de plantjes en hooikoortspatienten was het zomerweer minder aangenaam, vermits de droogte bij een neerslagtotaal van 0,0 mm onverminderd verdergaat. Het oprukkende koufront zou hier morgen misschien een einde aan maken, maar door het daarop volgende koude weer met stijgende kansen op nachtvorst zullen de problemen dan uit een heel andere hoek komen...
Na een droge maar zwaarbewolkte nacht is het vanochtend dan alsnog gaan regenen, en dit verschijnsel voltrok zich bij vrij zachte minima van 10,7 graden. De atmosfeer werd geleidelijk onstabieler en de regen kreeg een buiig karakter, maar voor hoever dit in Malderen het geval was en of het er tot onweer en/of hagel kwam is niet duidelijk. Daar het neerslagtotaal op 2,6 mm bleef steken zal het in elk geval niet bijster veel hebben voorgesteld. In Brussel was het een komen en gaan van stapelwolken terwijl de hogere luchtlagen gevuld waren met Altostratus en Altocumulus en er af en toe wat regenbuien vielen. De zwaarste regenbui passeerde er kort na de middag waarop opklaringen binnendreven vanuit het noordoosten. Deze waren scherp begrensd daar het in Mechelen op hetzelfde moment zonnig was tegenover bijna betrokken in Brussel. Maar de opklaringen maakten de atmosfeer onstabiel (insolatie) en er kwamen weer forse stapelwolken tot ontwikkeling. In Malderen warmde het nog eventjes op tot 18,6 graden alvorens de bewolking het weer overnam, al kwamen er later op de avond terug bredere opklaringen binnengedreven. Na zonsondergang ontstonden er weer een paar onweershaarden die echter ten zuidoosten van Malderen in elkaar stuikten maar toch een paar bliksemflitsen opleverden. De rest van de avond bleef het halfbewolkt en rustig. Daar we ons vlakbij de kern van het hoogtelaag bevonden stond er meestal nauwelijks wind al zorgden valwinden uit buien tijdelijk voor een paar uitschieters tot 20,9 km/h uit het noordoosten.
We kwamen vandaag in duidelijk zachtere luchtmassa's terecht, maar erg overtuigend was het allemaal niet. Er hing veel Altostratus en Stratus fractus bewolking en de grote zomerinval die ons enkele dagen geleden nog voor de neus werd gehouden, bestond uit 2 opklaringen waarin de bewolking overging in Cirrostratus en maxima van 17,6 graden. Dit alles was goed om 15 minuten in zuiderse stemming te verkeren. Zodra de zon wegdook achter nieuwe Stratus fractus wolken was het om zeep en stak er een kille noordoostenwind op met snelheden tot 25,7 km/h. Het bleef voor de rest van de dag somber en kil terwijl opviel hoe groot de temperatuurscontrasten waren. Aan de noordwestelijke kust van de Benelux werd het niet warmer dan een 7 tal graden terwijl het net over de Duitse grens tropisch warm werd bij maxima van ruim 32 graden. Later op de avond kwam het tot wat lichte regen, maar veel stelde het niet voor met 1,8 mm als uiteindelijk totaal. Dankzij de bewolking is het op geen enkel moment kouder dan 10,6 graden geweest, en in dit opzicht kunnen we wel nog van een zomerse dag spreken.
Terwijl het in Malderen afkoelde tot 3,3 graden is het in verschillende delen van de Benelux tot flinke nachtvorst gekomen waarbij de temperaturen in thermometerhut tot -4 graden zakten. Aan de grond werden zelfs temperaturen tot -7,5 graden gemeten in het centrum en oosten van Nederland. Wie bij het krieken van de dag hartverwarmende zonnestralen verwachtte, kwam bedrogen uit want er hing Altocumulus, Stratocumulus, Cumulus en Cirrostratusbewolking en het was voor de zon een hele klus om daarin nog een gaatje te vinden om tot in Malderen door te dringen. Uiteindelijk lukte dat toch want de bewolking begon vooral tegen de middag geleidelijk op te lossen tot er uiteindelijk slechts Cumulus overbleef met in het zuidoosten nog Cirrostratus en Altocumulus bewolking. Halverwege de namiddag ontstond er plots massaal Altocumulus lenticularis bewolking wat voor een mooi en apart uitzicht zorgde in de diepblauwe hemel. Natuurlijk een teken aan de wand dat er een weersverandering zit aan te komen, en op de satellietbeelden kreeg die vorm als een band van laaghangende bewolking die vanuit het noordwesten onze richting uitkwam. Maar deze zou ons vandaag nog niet bereiken zodat we toch nog van aangenaam lenteweer konden genieten met veel zon en de mooie uitzichten op de eerdergenoemde lenticularis bewolking. Er ontstonden ook heel wat mooiweerswolkjes (Cumulus) die later wegtrokken naar het oosten en zuiden. De maxima van amper 15,8 graden voelden veel warmer aan dan ze waren door de slechts zwakke noordenwind die enkel een uitschieter van 19,3 km/h liet optekenen en natuurlijk de overvloedige zonneschijn. De hoeveelheid klaagzang was dan ook veel lager dan je normaal bij deze temperaturen in dit jaargetijde zou verwachten. Tijdens de avond koelde het echter bliksemsnel af en lijkt het terug tot minstens plaatselijke grondvorst te zullen komen. Dit gebeurde onder een lichtbewolkte hemel waarin de nog steeds aanwezige lenswolkjes voor een mooie oranjegetinte zonsondergang zorgden. In het noordwesten was ondertussen de voorste begrenzing van de storing te zien in de vorm van een scherp begrensd Stratusveld. Verdere gevolgen bleven uit zodat we met een neerslagtotaal van 0,0 mm konden afsluiten .
De onweersbuien zijn na middernacht letterlijk en figuurlijk van de radar verdwenen waardoor we het daglicht in een kurkdroge omgeving zagen terugkeren bij minima van 8,4 graden. Er hing Altostratus en Cirrostratus bewolking terwijl er ook Altocumulusvelden te zien waren met fraaie golf- en ribbelstructuren. In Het noorden zat daar zelfs Kelvin-Helmholtz bewolking tussen en het wekte allemaal de indruk dat er ergens een regenzone op de loer lag. De sluierbewolking werd echter dunner en er volgde een vrij zonnige voormiddag waarin na verloop van tijd stapelwolken gevormd werden. Deze werden langzaam maar zeker groter, maar toen we ze zagen uitspreiden tot Stratocumulus werd meteen duidelijk dat het zeker geen woelige onweersdag zou worden. In Duitsland kwam het wel tot buien en deze wisten ons toch nog in verzwakte vorm te bereiken vanuit het oost- zuidoosten. Dit bleek uiteindelijk goed te zijn voor 12 druppels aan vers hemelwater. Zwaardere buien misten ons links en rechts waardoor we desondanks droge dag nummer zoveel konden bijschrijven met 0,0 mm als dagtotaal. Wel zagen de luchten er bijzonder dreigend uit en had het wel iets ondanks het sombere karakter van dit weertype waarbij we door uitsmerende stapelwolken en opkomende Altostratusbewolking sinds de vroege namiddag geen zon of blauwe lucht meer gezien hebben. Daar we in iets zachtere lucht terecht kwamen konden we desondanks nog maxima van 20,6 graden neerschrijven die uiteraard al vroeg bereikt werden. Op het einde van de avond konden we toezien hoe de Duitse buien geleidelijk opgingen in een smalle regenband die vanuit het oost- zuidoosten het land binnendreef en daarbij net ten zuiden van Malderen terechtkwam.