Ik ken de beste man niet, maar goed. Ik heb al eerder uitgelegd dat ik geen klimatoloog ben en dat ik weinig inhoudelijks bij te dragen heb aan dit vakgebied. Ik heb het stuk doorgelezen, maar ik weet niet wat ik er van moet denken, voor zover ik het begrijp. Het is nogal tendentieus geschreven. Neem nu de vier bulletpoints op pagina 2. Bullet point 2: Hij probeert hier het punt te maken dat als je alle geaccumuleerde energie over de afgelopen 50 jaar t.g.v. extra CO2 in de atmosfeer (aannemende gemiddeld 1 W/m^2 extra energie) in de oceaan stopt, de bovenste 100 m vijf graden zou zijn moeten opgewarmd, maar dat dat in werkelijkheid 0.5 graden is. Ik heb eerst geprobeerd om, uitgaande van zijn veronderstellingen, uit te rekenen of de geaccumuleerde energie genoeg zou zijn om de bovenste 100 m vijf graden op te warmen. Ik heb dat op de achterkant van een enveloppe gedaan, waarbij ik de warmtecapaciteit van water van 4.1 J/(g C) heb genomen en heb aangenomen dat de gehele aarde met water is bedekt (in werkelijkheid is dit 71 %, maar ik wilde een grove schatting maken). Uit mijn uitkomst concludeer ik hij daarin gelijk heeft. Alleen, het is een onzinnige berekening. Door opwelling, downwelling en weet ik veel wat voor processen nog meer, vindt menging plaats met koud water onderin. Als dezelfde hoeveelheid energie over de gehele kolom van zo'n drie km (Aanname: de gehele aardbol is bedekt met een 3 km diepe oceaan) verspreid komt er een veel kleinere temperatuurstijging uit (~ 0.1 graden). De vergelijking van de 5 graden met de 0.5 is daarmee raar, want waarom zou je je beperken tot 100 m? Dat doen, bij mijn weten, echte wetenschappers op dit terrein ook niet.
Verder doet hij het op pagina 1 voorkomen alsof het nog steeds een punt van discussie is of opwarming door broeikasgassen de hoofdoorzaak is van de gemeten opwarming. Naar wat ik daarvan weet uit de semi-populaire pers is dat al lang een gepasseerd station: ja, het zijn de broeikasgassen. Los van het opinierende karakter van het stuk mis ook verwijzingen naar bronnen op heel veel plaatsen waar hij boude uitspraken doet. In stijl, inhoud en verwijzingen is dit dus geen goed verhaal, maar het ontbreekt mij aan de tijd en kennis om alles te kunnen uitzoeken.
Alweer, je onderschat hoeveel jaren studie ik nodig zou hebben om me in te werken in het vakgebied. Ter illustratie daarom een waargebeurde anecdote:
Na een aantal jaren actief te zijn geweest op het gebied van de generatie, waarneming en toepassing van extreem korte lichtflitsen van ver-infrarood licht, opgewekt met behulp van extreem korte laserpulsen (leidend tot zo'n 80 peer-reviewed publikaties, en een status als internationale deskundige op dit terrein) besloot ik vier jaar geleden mijn werkterrein te verleggen. Ik ging onderzoek doen aan het gebruik van extreem korte laserpulsen om extreem hoogfrequente geluidsgolven op te wekken. (ik verontschuldig me voor het extreme gebruik van het woord "extreem". De fysica komt soms voorvoegsels te kort om de spectaculaire vooruitgang te kunnen beschrijven....) Extreem hoogfrequent betekent hier, tussen de 30 en 1000 GHz. Dit geluid heeft een golflengte van tientallen tot honderden nanometers en wij willen het gebruiken om afbeeldingen te maken van zaken die verborgen liggen onder oppervlakken waar je met licht niet doorheen kan kijken. Het doet sterk denken aan de ultrasoonopnames die je in een ziekenhuis kan laten maken, met dit verschil dat (a) onze frequentie vele ordegroottes hoger ligt, en (b) wij ons nog in het onderzoeksstadium bevinden.
Het is een oud vakgebied, maar wij hebben ideeen om het een beetje op te schudden. Hoe dan ook, in eerste jaar na de sprong in het diepe heb ik zo'n 350 wetenschappelijk artikelen op dit terrein gelezen (niet allemaal even nauwkeurig want er zit veel bij dat niet zo hoge kwaliteit heeft, en niet alles is even relevant). Pas toen had ik een beetje het gevoel een beetje een begin van een overzicht te hebben van het vakgebied. Parallel hieraan waren we bezig met het doen van experimenten om de technieken een beetje onder de knie te krijgen. Dat ging voorspoedig, maar pas na een jaar hadden we een niveau bereikt dat onze experimenten resultaten lieten zien die nieuw waren en nog een jaar totdat we de resultaten goed genoeg begrepen om er wetenschappelijke artikelen over te schrijven. Een eerste artikel van ons, niet eens op exact dit terrein maar op een sterk gerelateerd terrein, is onlangs verschenen en er zitten er meerdere in de pijplijn. Het heeft al met al drie jaar geduurd voordat we met de grote jongens konden meepraten, en dat terwijl we notabene dezelfde apparaten gebruikten als die we voorheen gebruikten om ver-infrarode lichtflitsen te maken! Er was zelfs niet heel veel "omscholing" nodig, omdat een belangrijk deel van de fysica die we nodig hadden, interactie van intense laserpulsen met materie, dezelfde was. En toch duurde het drie jaar en kostte het heel veel studie om dat niveau te halen.
Als er al zoveel moeite gaat zitten in het deskundig worden op een aanpalend vakgebied, hoeveel moeite moet ik dan wel niet doen om deskundig te worden op een vakgebied dat heel ver bij mijn huidige vakgebied vandaan ligt: de klimatologie? Het antwoord is in mijn geval: te veel moeite. Het zou mij vele jaren van studie kosten om genoeg over het onderwerp te leren om op niveau mee te kunnen praten.
Ik ben daarom niet de meest geschikte persoon om dit artikel te beoordelen ook al kan ik soms op individuele onderdelen iets semi-intelligents zeggen. Het hele verhaal hierboven verklaart ook waarom ik enigszins wantrouwend ben t.a.v. zijinstromers in de klimatologie (chemici, werktuigbouwkundigen, akoestici, etc) die sterke meningen hebben op dit terrein. Niet iedereen beschikt over voldoende zelfkennis om zijn eigen beperkingen te kunnen overzien. Wat ik wel kan, is logische fouten herkennen in iemands betoog (** zie drie voorbeelden hieronder**), beoordelen of iemand niet eerlijk discussieert, of soms zien dat iemand onzin vertelt.
Drie voorbeelden van een onjuist betoog (benamingen en zinsfragmenten deels geleend van de site Kritisch denken:
Paul
Quote selectie