Daar waar het daadwerkelijk opklaart is het ook direct mistig. De guidance noemt het "een alles-of-niets scenario". Het zou kunnen zijn dat in bepaalde gebieden de mist niet eens oplost morgen overdag.
Synoptische situatie:
We bevinden ons aan de noordflank van een rug van hogedruk die zich uitstrekt van de Atlantische Oceaan richting Oost-Europa. In onze omgeving is hierdoor sprake van een westelijke stroming. De aangevoerde lucht is vochtig, waarbij er diverse (oude) frontale systemen nabij onze omgeving aanwezig zijn. Dit komt tot uiting in een uitgestrekt gebied met (lage) bewolking. Een zwak koufront boven het zuidoosten trekt langzaam zuidoostwaarts, waarna de condities enigszins verbeteren. Beter wordt het na passage van een occlusie die inmiddels het noordwesten heeft bereikt, daarachter worden tijdelijk iets lagere dauwpunten aangevoerd. Deze occlusie trekt eveneens langzaam zuidoostwaarts om pas in de middag het zuidoosten te bereiken. Het duurt dan ook nog een groot deel van de dag voordat ook Limburg met deze drogere lucht te maken krijgt, als dat al gebeurd. Het polaire front ligt actueel nog ten noorden van de FIR en komt in de loop van de dag boven het noorden van de FIR te liggen, om donderdag weer te worden opgetild. De maritiem polaire lucht zal ons (in elk geval aan de grond) voorlopig dan ook niet bereiken. Donderdag zien we in het noorden van de FIR ook weer zachtere en vochtigere lucht binnenstromen.
Modelbeoordeling:
Tot aan passage van de occlusie op veel plaatsen stratus, al zit er actueel ook nog een gebied met stratus boven en ten noorden van de FIR, een andere oude occlusie die zich nog aan de warme kant van het polaire front bevindt. De slechtste condities bevinden zich echter nabij het koufront in het zuidoosten. De basis van de bewolking wordt door HA43 iets te laag ingeschat, EC is veel te optimistisch. Een deel van de lichte coalescentieneerslag wordt vermoedelijk gemist door de modellen. Verschillen in de timing en structuur van het koufront en de occlusie maken de verwachting voor stratus en eventuele mist onzeker. Hoe dunner de Sc-bewolking, hoe makkelijker de stratus daaronder tot aan dek zal zakken (mist). In de nacht naar donderdag krijgen we een alles-of-niets scenario, waarbij er in opklaringen direct dichte mist kan ontstaan maar het onder een wolkendek conditioneel goed zou kunnen blijven. EC berekent de meeste opklaringen en dus ook de meeste mist. Donderdag overdag is het vervolgens de vraag of de mist nog wel zal oplossen.
Bewolking:
Zie de modelbeoordeling. Op veel plaatsen dus stratus, boven zee lokaal en boven land op uitgebreide schaal ook beneden 500 vt. Het pakket is vandaag nog lange tijd dik genoeg voor coalescentie. Noord van de occlusie een oplopende wolkenbasis, echter ook daar nog steeds kans op stratus (zoals nu boven het noorden van de FIR). Donderdagavond weer toenemende kansen op stratus of lage Sc, a.g.v. warmteadvectie vanuit het westen.
Neerslag:
Perioden met lichte tot matige regen en motregen, die met name bij het koufront en de occlusie ook wat buiig van karakter zou kunnen zijn. In de loop van vandaag wordt het geleidelijk droger, doordat een rug van hoge druk zich van het westen uit uitbreidt over het land. Toch kan er nog gedurende de hele daglichtperiode lichte coalescentieneerslag voorkomen. Donderdag zou het dan wel droog moeten blijven.
Zicht:
In neerslag matig tot slecht, boven land ook buiten neerslag slechte zichtwaarden en vanochtend plaatselijk eerst mist (al dan niet door stratus aan dek). Overdag uiteindelijk overal goed, behalve misschien plaatselijk in het zuidoosten. In de nacht naar donderdag in opklaringen (dichte) mist, elders blijven de zichten mogelijk goed, donderdag overdag slechts moeizaam oplopend.