Paul, bedankt voor deze uitgebreide bijdrages en de tijd die erin hebt gestoken.
Doemscenario's over het stilvallen van de AMOC en de ophanden zijnde horrorwinters blijven maar rondzingen. Het lijkt me wijs hier niet in mee te gaan omdat er geen aanleiding toe is. Helaas voor de schaatsliefhebbers, stabiel winterweer komt uit het oosten en niet uit het westen.
Hierbij wilde ik graag ingaan op onderstaande quote en afbeelding uit Paul's artikel op Noodweer.be. Tijdens de 'koude fase' in het eerste kwartaal van de vorige eeuw waren er weinig koude winters en was de NAO gemiddeld positief en ook in de jaren '70 en '80 hadden we een aantal zeer zachte winters. Op de jaren' 30 na vielen de strengste winters rond halverwege vorige eeuw toen we in de warme fase zaten. Zie ook afbeelding van de Hellmanngetallen. Opvallend is dat de AMOC al vanaf 1850 verzwakte, nà de kleine ijstijd! Ik heb eens de correlatie berekend tussen de AMO (is wel net wat anders dan de AMOC) en de wintertemperatuur in NL en die is verwaarloosbaar maar niet voor de NAO. Een warmere Noord-Atlantische oceaan correleert met een lagere NAO en visa versa. Het lijkt erop dat de NAO het effect van de AMOC maskeert.
Bovendien wil ik nog wijzen op het warme water voor de oostkust van de VS als fingerprint van het verzwakte AMOC. Vanaf die warme golfstroom komt extra warme lucht met een westelijke stroming de oceaan over, koelt daarbij af en versterkt het Azorenhoog. Interessant is ook om eens te kijken naar de Atlantic Tripole in relatie tot dit onderwerp
Er is tot dusver niets wat wijst op strenge winters.
" Kijken we naar een verband met klimatologische schommelingen dan herkennen we de zachte dertiger jaren van de twintigste eeuw – die vallen samen met een sterkere AMOC –, en de koude winters in de tachtiger jaren met de zwakkere AMOC; op het laatst zien we dat de opwarming in de negentiger jaren parallel loopt aan de sterkere AMOC. Hier doorheen spelen ongetwijfeld ook andere factoren, zoals de uitbarsting van de Krakatau in 1883, de bijzonder grote luchtvervuiling in een groot deel van de twintigste eeuw en natuurlijk het versterkte broeikaseffect.
